Maria of Guelders
Quick Facts
Biography
Maria van Gelre, geboren Marie d’Harcourt (La Saussaye, 24 februari 1380 - in of na 1428 maar voor 1434) was vanaf 1405 hertogin van Gelre. Maria is vooral bekend door het gebedenboek dat ze heeft laten maken en dat gezien wordt als een van de belangrijkste kunstschatten uit laatmiddeleeuws Gelre.
Jeugd
Maria van Gelre werd geboren als Marie d’Harcourt op 24 februari 1380 in La Saussaye in Normandië als dochter van Jean VI, graaf van Hancourt en Aumale en Catherine de Bourbon. Ze was het achtste kind uit een gezin van negen kinderen. Zij was een nicht in de eerste graad van de broers koning Karel VI van Frankrijk (Karel de Waanzinnig) en hertog Lodewijk I van Orléans.
Over haar jeugd is maar weinig bekend. Vanaf ongeveer 1397 verbleef ze aan het hof van hertog Lodewijk I van Orléans als hofdame van zijn echtgenote, Valentina Visconti. In die jaren werd Karel van Orléans geboren, de zoon van Lodewijk I en Valentina Visconti, die vooral bekend is gebleven vanwege de gedichten die hij schreef tijdens zijn krijgsgevangenschap in Londen. Marie d'Harcourt was betrokken bij zijn opvoeding.
Huwelijk
Op 5 mei 1405 trouwde Marie d'Harcourt met Reinoud IV van Gelre, hertog van Gelre en Gulik en graaf van Zutphen. Vanaf dat moment was ze hertogin Maria van Gelre. Het huwelijk werd voltrokken in Bastogne. Lodewijk I van Orléans betaalde een zeer forse bruidsschat van 30.000 oude schilden, die bij kinderloosheid terugbetaald moest worden. Het huwelijk diende de politieke banden tussen Frankrijk en het hertogdom Gelre te verstevigen, en Maria moest zorgen voor een wettelijke erfgenaam. Reinoud IV had wel kinderen, maar die waren allemaal buitenechtelijk en ze kwamen dus niet in aanmerking om de dynastie in Gelre voort te zetten.
Dit politieke huwelijksprojekt mislukte omdat reeds in 1407 door de moord op Lodewijk I de wederzijdse politieke belangen wegvielen, en eind 1410 duidelijk werd dat Maria haar man geen kinderen kon schenken waarmee het Gelders-Gulikse huis uit zou sterven. Op 17 juni 1423 overleed Reinoud plotseling bij Terlet (op de Veluwe) terwijl hij te paard onderweg was van Hattem naar zijn burcht Rosendael; hiermee was het einde van de dynastie een feit.
Er brak een erfopvolgingsstrijd uit. Maria was niet langer hertogin van Gelre en vertrok naar de gebieden die haar als weduwegoed waren toegewezen. Deze gebieden lagen in het zuidelijke Nederrijngebied, in het hertogdom Gulik. Ze hertrouwde in 1426 met de twintig jaar jongere Ruprecht (Robrecht) von Jülich-Berg, zoon van Adolf van Gulik-Berg die met dit huwelijk zijn aanspraken op Gelre probeerde kracht bij te zetten. Voor dit huwelijk was dispensatie van de paus nodig.
Haar exacte sterfdatum is onbekend. De laatst bekende vermelding van Maria dateert uit een brief van 9 oktober 1428. In 1434 werd ze in een zielmis herdacht. Zij moet dus overleden zijn in of na 1428 en voor 1434. Ze is begraven in Nideggen.
Gebedenboek
Maria van Gelre is vooral bekend door het gebedenboek dat ze heeft laten maken. Het werd gekopieerd door Helmich die Lewe, monnik in het klooster Mariënborn nabij Arnhem. Hij voltooide het schrijfwerk op 23 februari 1415. Het boek werd verlucht door een aantal boekverluchters. Waar zij precies werkten is niet bekend, al komen zowel Nijmegen als Utrecht in aanmerking.
Het gebedenboek van Maria van Gelre is met bijna 600 folia zeer omvangrijk en uitzonderlijk rijk geïllustreerd. In de loop der eeuwen zijn veel miniaturen weggesneden uit het boek. In de huidige vorm bevat het 106 miniaturen, en vrijwel alle bladen zijn gedecoreerd. Het is een sleutelwerk in de vroegvijftiende-eeuwse Nederlandse miniatuurkunst. Het boek staat sinds 2015 centraal in een omvangrijk onderzoeksproject waarin de Radboud Universiteit Nijmegen en de Staatsbibliothek zu Berlin samenwerken.
Externe link
Zie de categorie Hours of Maria d'Harcourt van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp. |